Nieuwe certificeringsregeling koudemiddelen: overgangstermijn tot 29 maart 2026
De herziene F-gassenverordening, die vorig jaar maart is ingegaan, heeft een aantal belangrijke zaken veranderd of aangescherpt. Eén van die zaken is de verplichte certificering voor het werken met alternatieven voor F-gassen, met name koolwaterstoffen (zoals propaan en isobutaan), CO2 en ammoniak. Vanaf 29 september 2025 moeten monteurs die werken met deze koudemiddelen óók verplicht gecertificeerd zijn. De nieuwe regels voegen de certificering voor F-gassen en natuurlijke koudemiddelen samen tot één certificeringssysteem.
Omdat de invoeringstermijn kort is en niet alle voorbereidingen voor de nieuwe certificaten binnen de termijn kunnen worden getroffen, heeft de overheid besloten tot een overgangsperiode. Tot 29 maart 2026 mogen nog aparte F-gascertificaten en vakbekwaamheidsbewijzen voor natuurlijke koudemiddelen worden afgegeven. Zo kunnen monteurs toch voldoen aan de certificeringsplicht.
Let op: de certificeringsverplichting gaat wél al in op 29 september 2025.
Uiterlijk op 12 maart 2029 moeten alle monteurs gecertificeerd zijn volgens het nieuwe systeem (certificaat A1, A2, B, C, D en E). Deze nieuwe certificaten gelden in alle EU-lidstaten en zijn 7 jaar geldig.
De gemeenschappelijke examencommissie werkt momenteel samen met onder meer veiligheidsexperts en onderwijskundigen aan de ontwikkeling van veilige en kwalitatieve opleidingstrajecten en examens. De overgangsperiode voorkomt knelpunten en zorgt ervoor dat veiligheid en kwaliteit voorop blijven staan.
