Op maandag 29 september gaat de nieuwe F-gassenverordening officieel in en moeten monteurs die werken met natuurlijke koudemiddelen óók verplicht gecertificeerd zijn. Veel bedrijven zullen dus de nodige stappen moeten doorlopen om te kunnen voldoen aan deze nieuwe eisen. Dat het onderwerp een hot topic is, was ook te zien aan het aantal aanmeldingen voor het Cooling Matters event op 25 september, waar de F-gassenverordering het hoofdthema was. Een overvolle zaal liet zich bijpraten over de nieuwe certificeringseisen, praktijkvoorbeelden en hoe je je goed voorbereidt op wat er komt.
Vierde editie Cooling Matters
In de vierde editie van het jaarlijks terugkerende Cooling Matters event, georganiseerd door NVKL, STEK, KNVvK, Opleidingscentrum GO° en Post HBO Koudetechniek, werd de middag geopend door Harald van der Bol van Rijkswaterstaat. Hij vertelde dat de lidstaten een jaar de tijd hebben gehad om de certificeringsplicht uit te werken. Dit bleek niet lang genoeg te zijn om het gehele certificeringssysteem op orde te hebben. In samenwerking met de branche en het ministerie van Klimaat en Groene Groei is daarom een overgangsperiode ingericht. Tot aan 29 maart 2026 mogen er nog certificaten afgegeven worden volgens het oude systeem (F-gassen en ACB-certificaten). Zo krijgt de markt extra tijd om monteurs te laten certificeren. De datum 29 september 2025 geldt echter wél, want vanaf die datum móet je een certificaat hebben voor het werken met natuurlijke koudemiddelen. Deze blijven geldig tot 12 maart 2029. Na deze datum volgt een hercertificeringsplicht. Harald deed een oproep aan de zaal om niet te lang te wachten met het op orde brengen van je bedrijf- en werkprocessen.
De mogelijkheden van CO2
Peter Staal van Celsis nam het stokje over en dompelde de zaal onder in het onderwerp CO2. Want waarom zou je kiezen voor CO2 als koudemiddel en wat zijn de voor- en nadelen en bijzonderheden? Peter vertelde dat we in de toekomst moeten kijken naar de kosten van een koudemiddel en of het überhaupt nog te verkrijgen is. Veelal wordt daarom overgestapt op de koudemiddelen ammoniak, propaan en CO2. Hoe deze koudemiddelen zich tot elkaar verhouden, werd uitgelegd door ze op een aantal aspecten met elkaar te vergelijken. Voor alle drie de koudemiddelen geldt dat ze geen schade aan de ozonlaag aanrichten, dat ze niet of nauwelijks een bijdrage aan de opwarming van het klimaat leveren en dat ze een hoge efficiency hebben. Waar ammoniak een hoge investering vereist, minder onderhoudsvriendelijk is, giftig en licht brandbaar, geldt voor propaan dat het zeer brandbaar is. CO2 zit qua aanschafskosten tussen ammoniak en propaan in en is niet geheel zonder gevaar, maar niet giftig. Volgens Peter is het dus zeker het overwegen waard om naar CO2 als koudemiddel te kijken.
Veilig werken en persoonlijke beschermingsmiddelen
Miranda Groot Zwaaftink van NVKL nam de zaal mee in het onderwerp persoonlijke beschermingsmiddelen en veilig werken. Ze lichtte het Skillsafe project toe, een gezamenlijk initiatief met Europese producenten om het veilig werken met propaan te bevorderen. Propaan is een mooi koudemiddelen en er wordt vanwege het explosiegevaar vaak spannend over gedaan. Volgens Miranda is dit niet nodig, maar moet je wel de juiste aandachtspunten weten. Tijdens de training worden alle aspecten van veilig werken behandeld, zodat je veilig aan de slag kunt. De Arbowet schrijft voor dat je begint bij de bronmaatregelen en aan het eind je persoonlijke beschermingsmiddelen nodig hebt. Hieronder verstaan we antistatische werkkleding, een persoonlijke lekdetector, een brandblusser en de lekzoeker. Het meest belangrijke is hoe je je werkplek veilig inricht. Hiervoor gaf ze het woord aan collega Wim de Leeuw. Hij ging in op het onderwerp explosieveiligheid. Dit demonstreerde hij aan de hand van een tekening. In het midden is een rood explosiegebied te zien. Aan de linkerkant is een groen gebied met een te arm mengsel met relatief weinig brandstof, maar veel zuurstof zichtbaar. Doordat je onder de LEL zit, kan het meeste niet verbranden en zit je daarmee onder de explosiegrens. Het gebied rechts van het explosiegebied is geel gemarkeerd. In dit gebied is het mengsel te rijk, waarbij er te veel brandstof aanwezig is en te weinig zuurstof. Hierdoor kan het mengsel niet verbranden. Om een werkplek als veilige werkomgeving aan te duiden, zitten we helemaal aan de linkerkant van het groene gebied, waarbij we spreken van 10% van de LEL. Wim verwees naar de plofkastexplosie van later die middag, waarin een explosie met propaan nagebootst werd.
Kennis up-to-date met online leerplatform
Om aan de nieuwe certificeringseisen te voldoen om überhaupt met natuurlijke koudemiddelen als ammoniak, propaan en CO2 te mogen werken, is het belangrijk dat vakmensen hun theorie en praktijk beheersen. Brenda Witzier van NVKL nam ons daarom mee in de ontwikkeling van het online leerplatform. In dit leerplatform zijn maar liefst 112 modules ingericht bestaande uit vier verschillende leerlijnen. Bovendien zijn er aanvullend filmpjes gemaakt om processen te verduidelijken. Ook wordt hard gewerkt aan de ontwikkeling van de fysieke leermiddelen. De drie boeken, bestaande uit F-gassen en koolwaterstoffen, CO2 en ammoniak worden naar verwachting in het najaar gepubliceerd. Er werd een oproep gedaan om vouchers voor het platform aan te schaffen. Hiermee krijg je voor een tarief van 42,50 (leden) of 45,- (niet-leden) zes maanden toegang tot het systeem. Lees hier meer informatie.
Beslisboom koudemiddelenkeuze naoogsttechnologie
De laatste plenaire spreker van de middag was Josianne Cloutier van de WUR. Josianne ging in op het koelen van producten vanaf de oogst en de impact daarvan. Ze vertelde over het principe naoogsttechnologie, waarbij de kwaliteit van verse producten wordt bewaakt. Zo waarborg je de voedselveiligheid en verminder je verliezen. Om telers en groothandels in Nederland in de groente- en fruitsector van advies te voorzien in hun koudemiddelkeuze, nu en in de toekomst, is een beslisboom ingericht waarmee de gebruiker zijn mogelijke keuzes om aan de regelgeving te voldoen inzichtelijk kan krijgen, zowel op technische als economische parameters. Daarbij zal een vragenlijst moeten worden ingevuld waar een adviesrichting uitrolt. Mogelijke adviezen zijn het behoud van het huidige systeem met gedeeltelijke ombouw en wisseling naar een alternatief F-gas óf een volledige vervanging door natuurlijke koudemiddelen. De definitieve oplevering van de beslisboom wordt verwacht in het eerste kwartaal van 2026. Deze is gratis toegankelijk via: www.freshknowledge.eu/en.htm.
Rondleiding en plofkastexplosie
Na de plenaire presentaties werd de zaal opgedeeld in twee groepen voor een rondleiding door de leslokalen van Opleidingscentrum GO° door Johan Seesink en Joost van der Ziel en het bijwonen van een plofkastexplosie met propaan. Geert Doornbos van Post HBO Koudetechniek vertelde dat je bij een volledige verbranding propaan krijgt, bij een onvolledige verbranding CO en bij een zeer onvolledige verbranding roet. Geert stelde de deelnemers de vraag wat je kan doen met 150 gram propaan. Dit gewicht aan koudemiddel is voldoende om een middelklasse auto bijna 500 meter de hoogte in te tillen. Een ruimte kun je er 200 graden mee opwarmen. Stel dat de deur van deze ruimte dicht zit, dan zou er een kracht van 26.000 kg op de deur komen. Deze voorbeelden geven wel aan dat dit een enorme knal geeft als het ontploft. In de plofkast werd de explosie met propaan vervolgens nagebootst door Michel van Bronckhorst van Opleidingscentrum GO° . Hij demonstreerde dit aan de hand van een lekdetector, die direct aansloeg bij het vrijlaten van een kleine hoeveelheid propaan in de kast, waarna een knal en vlammen ontstonden. Na de interessante demonstratie werd het event afgesloten met een gezellige netwerkborrel.
Presentaties
Alle aanwezige deelnemers aan het Cooling Matters event ontvangen binnenkort de presentaties via de mail.