Afgelopen periode zijn er bij de helpdesk Techniek diverse vragen over dit onderwerp binnen gekomen, die we graag onder de aandacht willen brengen. Artikel 13 uit de F-gassenverordening stelt dat het gebruik van gefluoreerde broeikasgassen, met een aardopwarmingsvermogen (GWP) van 2500 of meer voor de service of het onderhoud van koelapparatuur met een hoeveelheid koelmiddelvulling van minimaal 40 ton CO2-equivalent, met ingang van 1 januari 2020 is verboden. Bij de helpdesk Techniek zijn er afgelopen periode diverse vragen over dit onderwerp binnen gekomen, die we graag onder de aandacht willen brengen.
Wat houdt het verbod in?
Het verbod geldt voor nieuwe koudemiddelen en installaties met minimaal 40 ton CO2-equivalent inhoud, in de praktijk installaties met 10 kg of meer R404A of R507A.
De F-gassen verordening kent in artikel 13 (lid 3) een ruime overgangsperiode van tien jaar voor geregenereerd en gerecycled koudemiddel. Het beperkt zich niet tot de installatie waaruit het is terug gewonnen.
Gerecycled of geregenereerd koudemiddel met een GWP >2500 mag alleen bij service en onderhoudshandelingen gebruikt worden bij bestaand koelapparatuur. Een item aan een bestaande installatie toevoegen is niet toegestaan, omdat het toevoegen van een nieuwe component niet valt onder service en onderhoud.
Etiketteren
De gerecyclede en geregenereerde koudemiddelen moeten worden geëtiketteerd met een vermelding dat de stof geregenereerd of gerecycled is met daarbij informatie over het nummer van de partij, de naam en het adres van de regeneratie- of recyclinginrichting. Het etiketteren is uitermate belangrijk, dit om te komende tien jaar onderscheid te kunnen maken tussen nieuw en teruggewonnen koudemiddel dat is gerecycled of geregenereerd. Ook belangrijk is dat logboeken en balansen op orde zijn.
Opslag koudemiddel
Mocht een gebruiker een installatie door een F-gassen gecertificeerd installateur leeg laten halen (dit in verband met retrofit of afbraak) dan kan het gerecycled koudemiddel achterblijven als reserve voor andere installaties. De gebruiker of eigenaar mag het koudemiddel, opgeslagen in een koudemiddelcilinder, door een gecertificeerde installateur laten bijvullen in een andere installatie van de gebruiker of eigenaar.
Als het bedrijf meerdere vestigingen heeft mag het koudemiddel uit de ene vestiging worden gebruikt voor bijvulling van installaties in andere vestigingen. De gebruiker of eigenaar van het afgetapte koudemiddel, mag dit koudemiddel niet verkopen aan derden.
De installateur mag het afgetapte koudemiddel terugnemen, dit reinigen of recyclen en het leveren aan andere klanten voor bestaande installaties.
Heeft u vragen of wilt u meer weten over het verbod? Neem contact met ons op.